Samenvatting
Een werkgever is wettelijk verplicht om de pensioenovereenkomst met zijn werknemers – en het daarvoor bestemde pensioenvermogen – onder te brengen buiten zijn eigen onderneming. Door deze externe onderbrengingsplicht (artikel 23 Pensioenwet) vallen de pensioengelden buiten de risicosfeer van de onderneming. Zo is het pensioen beschermd tegen een eventueel faillissement van de werkgever.
Extern onderbrengen van pensioen doet de werkgever door een schriftelijke uitvoeringsovereenkomst te sluiten met een volgens de wet toegelaten pensioenuitvoerder (artikel 25 Pensioenwet), zoals:
een bedrijfstakpensioenfonds (Bpf);
een ondernemingspensioenfonds (Opf);
een algemeen pensioenfonds (Apf);
een (pensioen)verzekeraar;
een premiepensioeninstelling (PPI);
een buitenlandse pensioeninstelling.
In dit hoofdstuk wordt het
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.