Artikel 33
- 1Van artikel 4:3, eerste lid, van de wet zijn vrijgesteld degenen die werkzaamheden verrichten als bedoeld in dat lid, voorzover:a.zij deze werkzaamheden verrichten ten behoeve van stichtingen als bedoeld in artikel 20 of 24;b.zij deze werkzaamheden verrichten ten behoeve van personen of vennootschappen als bedoeld in artikel 21; ofc.zij deze werkzaamheden verrichten ten behoeve van financiële ondernemingen die in Nederland het bedrijf van bank mogen uitoefenen.2Aan de vrijstelling, bedoeld in het
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.