Een werkgever voert een nieuwe pensioenregeling in, onder andere ter vervanging van een VUT-regeling. De vroegpensioendatum in de nieuwe regeling valt op de eerste van de maand waarin de werknemer de 62-jarige leeftijd bereikt. In een apart artikel van het pensioenreglement is bepaald dat de werknemer in overleg met de werkgever het vroegpensioen op een ander tijdstip kan laten ingaan. Een werknemer wenst hiervan gebruik te maken, maar de werkgever wil hem, om goede redenen, aan de 62-jarige leeftijd houden.Op 10 maart 1998 doet de kantonrechter uitspraak. Op zich is afzonderlijke instemming van werknemer niet vereist, tenzij de wijziging voor
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.